Vroeger was het vaste prik na schooltijd, kijken naar Oprah met mijn moeder en een kopje thee. Het was Oprah die in één van haar shows deze quote deelde: ‘everybody has a story’. Dat kan een groots meeslepend verhaal zijn, maar dat hoeft niet, want hoe groot of klein – iedereen heeft een verhaal. Je hebt ballen nodig om je dromen na te jagen, te kiezen voor wat joú gelukkig maakt. Tijdens die middagen is het zaadje geplant voor hoe ik mijn leven leef, maar zo heb ik niet altijd de keuzes in mijn leven gemaakt. Daar is veel aan vooraf gegaan, hier is mijn verhaal.

Toen Wingerien nog een Wingerientje was

Op de middelbare school wist ik het zeker, ik word binnenhuisarchitect. Als kind keurde ik al een jurkje af omdat ik de kleur nét niet de juiste tint vond. ‘Je wordt later maar ontwerper, anders kun je nooit kleren kopen – je vindt niks goed genoeg.’ Nu ik dit typ klinkt het verschrikkelijk haha, maar deze tik heb ik nog steeds zal ik maar gelijk bekennen. Na de middelbare school begon ik aan mijn opleiding tot interieuradviseur, een mbo opleiding waar ik helemaal opleefde. Ik ging los op interieurplannen, lag een halve middag in een bak met stalen om de perfecte stoffen te zoeken en liep meerdere stages. Het waren deze stages waar ik in contact kwam met ondernemers. Daar ging ik op aan, het waren mensen die mijn manier van denken begrepen en doeners waren. Vandaag bedacht en direct uitgevoerd, niet zeiken maar direct doen – daar houd ik van!

Papiertjes halen – lekker belangrijk

Na deze mbo opleiding was ik vastberaden een hbo opleiding te gaan doen, iets waar ze bij mijn eindstage niet zo blij mee waren – zij boden mij een contract aan. Van mijn ouders heb ik geleerd dat papiertjes belangrijk zijn, het geeft je een basis waar je op terug kan vallen. En nog steeds vastberaden interieurarchitect te worden deed ik een toelatingsexamen op de kunstacademie voor deze opleiding. Toen ik daar binnen liep, door de wiet walmen naar de ingang en langs de mensen met blauw haar wist ik het: niet helemaal mijn ding. En na het toelatingsexamen viel de brief op de mat: afgewezen. Met geen plan b en een droom die niet uit zou gaan komen moest ik gaan bedenken wat ik nu ging doen.

Dromen down the drain

Het plan b kwam tijdens het bezoeken van open dagen op hogescholen, want je kunt je kennis verdiepen maar ook verbreden. Als ik niet een interieurarchitect kan zijn, wil ik op een andere manier met interieur bezig kunnen zijn was de gedachte. Ik zag mezelf al helemaal op een redactie van een tijdschrift zitten, om daar de mooiste ontwerpen te kunnen selecteren en dit te kunnen delen met anderen. Ik kwam de opleiding media, informatie en communicatie tegen en besloot me in te schrijven. Een les fotografie, gevolgd door journalistiek en daarna een les photoshop? Klinkt top! Op deze opleiding gingen bijna alle studenten met tegenzin naar de les webdesign, maar ik ging best lekker op codes tikken en zorgen dat het een werkend stukje internet werd. Een stage volgde ik bij een grafisch ontwerpbureau, daar leerde ik in korte tijd alles over grafisch ontwerpen en werd ik steeds sneller met alle grafische programma’s. Je leert alleen de basics tijdens de opleiding, maar door heel veel uren het gewoon te doen maak je het snel eigen.

Werken van 9 tot 5, what a way to make a living

Fast forward naar vier jaar later, afgestudeerd en wel kreeg ik vrijwel direct een baan aangeboden bij een start-up. Het was hartstikke gezellig, alleen kwam het financieel niet snel genoeg van de grond – ik kreeg geen salaris uitbetaald en dat was het signaal om te kappen. Even was ik de draad kwijt, geen idee wat ik later wilde worden als ik groot was ;-). Ik ging op zoek in de richting van marketingcommunicatie, het liefst voor een merk wat dicht bij mijn interesse lag. Alleen was mijn bankrekening leger dan leeg, waardoor ik gebonden was aan wonen bij mijn ouders in Twente – niet bepaald een plek waar heel veel spannende bedrijven gevestigd zijn. Vrij snel kreeg ik een baan aangeboden bij een b2b energiemaatschappij, klinkt fucking saai maar er werkten veel jonge mensen – zo erg kan het dan niet zijn, toch? Ik sprak met mezelf af er maximaal twee jaar te werken, om een basis te leggen waar ik verder op kon bouwen.

Tijd om te gaan – en snel een beetje

Twee jaar lang heb ik daar veel geleerd over hoe een middelgroot bedrijf werkt, met alle positieve maar ook negatieve punten. Er werd aangekondigd dat het bedrijf overgenomen zou worden door een groot concern, wat betekende dat het bedrijf – wat al niet bij mij paste – nog minder zou gaan passen. Nog meer bureaucratie, de processen nog stroperiger, nog meer managementlagen die wat willen vinden. Dit was mijn que, tijd om te gaan. Met een vaststellingsovereenkomst op zak (ik had een vast contract) was het intern aangekondigd dat ik ontslag nam en voor mezelf ging beginnen. Ergens heb ik altijd geweten dat ik voor mezelf zou gaan werken, dit past bij wie ik ben als persoon. Snelheid, knallen, mijn eigen weg kunnen volgen zonder bemoeienis van apen op een rots. Helemaal zelfverzekerd in deze beslissing was ik niet, want ik kom niet uit een omgeving van ondernemers en het werd dus ook niet bepaald aangemoedigd. Mijn wil om te slagen was groter dan alle twijfels bij elkaar, dit was mijn kans. In de jaren op kantoor was ik er zeker van geworden dat ik leef voor creëren, de wereld mooier maken, mijn esthetisch afgestelde ogen te gebruiken. 

Hoe kleiner je niche, hoe sterker je staat

Ik had me ontpopt tot vormgever, maar voor mezelf beginnen als vormgever? Nope, want dat is te algemeen en daardoor krijg je veel opdrachten voor kleine klussen. En alleen een flyer, een visitekaartje of een brochure maken – daar word ik niet heel gelukkig van. Ooit had ik de les geleerd dat je skills moet toepassen op de branche waar je interesse ligt. Toen wij begin 2000 een computer kregen was ik daar niet achter weg te slaan, je kon vroeger gratis websites maken op een .tk domein. Ik typte hele tijdschriften over en stuurde deze naar vriendinnetjes. Tijdens de opleiding en stages kwam ik in aanraking met webdesign en het sprak mij aan, ik zie het als een online tijdschrift maken. Met eigen tone-of-voice, uitstraling en dat alles functionerend krijgen. Als vanzelfsprekend komt daar branding bij kijken, het valt of staat met de basis van het verhaal – en daar gaat mijn interesse in psychologie op aan. Wat beweegt iemand, waarom doe je wat je doet en waarom durf je misschien niet jezelf als merk neer te zetten? Alles komt samen in mijn bedrijf: de psyche, het esthetische en de nerd in mij. Dit is waarom ik doe wat ik doe.

Heb je vragen over hoe ik een bepaald onderdeel heb aangepakt en wil je meer weten? Stuur mij dan een berichtje met je vraag, vind ik leuk! Waarom doe jij wat je doet?